Principe

Vanuit een centrale unit (vacuümunit), te plaatsen in garage, berging, bijkeuken, kelder, schuur, kast onder de trap of op zolder wordt een kunststof­buissysteem via kruipruimte, verlaagd plafond, spouw, kast, schacht, koker, achter het keuken­blok of knieschot, door de woning geleid. Meestal is één horizontale en een verticale leiding met twee à drie stofcontacten (geplaatst in de vloer of in de wand) in de woning of kantoor en een flexibele slang van 7a10 meter voldoende om het hele huis of kantoor te kunnen stofzuigen. De capaciteit van de vacuümunit is afhankelijk van het te zuigen oppervlak.

Het systeem schakelt zichzelf in als de flexibele slang in het stofcontact wordt gestoken of met een schakelaar op het handvat van de flexibele slang.

De scheiding van lucht en vuil gebeurt centraal in de vacuümunit. Het vuil komt in de stofopvangbak en de lucht wordt via een nylon filter en motor afgevoerd naar buiten. Het filter zit er om de waaier te beschermen dat er geen vuil op de waaiers terecht komt waardoor onderbalans veroorzaakt kan worden.

Omdat er geen papieren stofzakken gebruikt worden houdt de vacuümunit altijd zijn volledige zuigkracht ook al is de afvalbak meer dan de helft vol. Het legen van de opvangbak is ca. 3 à 4 keer per jaar.

Het is ook mogelijk om water op te zuigen doormiddel van een watervoorafscheider. Dit is een ronde bak op wieltjes die tussen het stofcontact en de flexibele slang geplaatst wordt. Na het opzuigen van water moet het systeem (vacuümunit) even doordraaien om de vochtige lucht in de buis droog te maken.

hoe werkt het?